Drogredenen tegen Latijn op school
Van wetenschapscommunicatoren verwachten we dat ze zich met logisch coherente redeneringen tot hun publiek richten. Een voorbeeld van het tegendeel is een recent betoog van VRT-wetenschapscommunicator Lieven Scheire over Latijn op de middelbare school. "Latijn in het secundar, dat slaat eigenlijk nergens op", tweette hij afgelopen voorjaar naar aanleiding van een artikel in de krant De Standaard.
Enkele dagen later lichtte hij in het programma Hautekiet op Radio 1 zijn standpunt toe. Scheires argumentatiestrategieën in dit radio-interview bieden een kristallisatie van drogredenen (of denkfouten?) die wel vaker worden gebruikt om Latijn in schoolcurricula aan te vallen. Zelden worden ze herkend.
Scheires argument waaruit moest blijken dat Latijn niet thuishoort in ons onderwijs, was dit: de richting Latijn, die 'gigantisch veel tijd' ('duizend uren') in beslag neemt, is een 'heel specialistische studie' en past daarom niet in de algemene vorming die we met onze humaniora nastreven.
Nog los van de vraag hoe specialistisch Latijn is (is wiskunde of Frans minder specialistisch?), houdt deze redenering formeel geen steek. Ze is een schoolvoorbeeld van een compositie- en divisiedrogreden: eigenschappen van delen van een geheel worden zonder meer toegeschreven aan het geheel zelf, of omgekeerd. (...)
Zijn impliciete (maar foutieve) aanname is dat in een onderwijssysteem gericht op algemene vorming ook elk individueel vak algemeen is of moet zijn. Latijn is dat niet, stelt hij, en dus moet het eruit. Dat klopt uiteraard niet: ons onderwijssysteem kan algemeen vormend genoemd worden omdat het vele diverse vakken aanbiedt, niet omdat elk vak algemeen van aard is. (...)
Koen De Temmerman in "Latijn op school - Schijnredenen ontmaskerd" in Eos, oktober 2015